Dag 13 - 6 mei 2018

In de ochtend staan 2 open auto’s voor ons klaar en rijden we terug naar de hoofdingang van het Mikumi nationaal park. Met ruim 3700 vierkante km het 4e park van Tanzania. We zien een liggende giraf. Dit is bijzonder want zo is hij kwetsbaar voor aanvallen naar zijn keel. Dus hij voelt zich op deze vlakte goed op zijn gemak. Buffels, apen, een jakhals en een kudde olifanten met jongen. Leuk. Diverse mooi gekleurde vogeltjes en groepen impala’s en zebra’s. Dan wijst de gids sporen aan in de modder: giraf-sporen met verse leeuwensporen. En verderop om de bocht liggen een mannetje en vrouwtje midden op de weg. De gids waarschuwt andere auto’s die snel komen kijken. Als de leeuwen in de struiken verdwijnen gaan we naar de hippo-pool. Er zijn veel hippo’s maar ze komen amper boven. Nog een grote groep giraffen gezien. Als we op 200 meter van de afsag naar het kamp zijn komt de colonne met president aanscheure en moeten we aan de kant stoppen. Terug in het kamp heeft Richard een aardappelsalade als lunch klaar en kunnen we op weg. Af en toe een stop zodat Richard groente kan inslaan bij stalletjes langs de weg. We rijden de bergen in richting zuid Tanzania en zien een langgerekte vallei vol met Baobab-bomen. Op een mooi plekje stoppen we voor foto’s. De tocht voert ons naar ongeveer 1700 meter hoogte en dat blijkt wel uit de temperatuur. De overnachting is in Iringa op de Kisolanza Farm. Het kamp is afgezet met stroomdraad om dieren buiten te houden. We slapen in de stallen en er is warm water in de gezamenlijke douches. De Engelse eigenaresse verwelkomt ons in het restaurant en vertelt dat in 1930 haar familie dit gebied gekocht heeft. Zij is de 5e generatie. Ze verbouwen zelf groente, houden koeien en verbouwen een bestanddeel van de malariatabletten die wij gebruiken en een middel tegen allergie. Het eten dat we krijgen is uit eigen tuin en smaakt heerlijk. De sterrenhemel is hier helder te zien. Het is de hele dag droog geweest met af en toe een wolkje.